Direct naar artikelinhoud

Zonder zoutlagen zou het in Groningen nog harder beven

De schade loopt weliswaar nu al in de tientallen miljoenen euro's, maar de gevolgen van de aardbevingen in de provincie Groningen hadden nog veel groter kunnen zijn. De Groningse bodem schudt een stuk minder hevig dan je op grond van de kracht van de ondiepe bevingen zou verwachten, vertelde seismoloog Bernard Dost van het KNMI afgelopen week op een symposium bij de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen in Amsterdam over de nieuwste inzichten over de Groningse bevingen.

Een inwoner plaatst ijzeren pennen in de oudste woning van Zeerijp.Beeld anp

Soortgelijke aardbevingen in bijvoorbeeld Italië doen de grond grofweg twee tot vier keer harder trillen, aldus Dost.

De Groningers danken hun meevaller aan een dikke laag steenzout die bovenop de gasvelden ligt en daar als een schokdemper fungeert, vermoedt Dost. Zout heeft de eigenschap om aardbevingsgolven over een groot gebied te verstrooien, op dezelfde manier als een prisma lichtstralen uit elkaar trekt. De trillingen verspreiden zich daardoor over een grotere regio, en verliezen dus energie - zoals een krachtige douchestraal in een zacht gesprenkel verandert als je de douchekop helemaal opendraait. Een ander deel van de golven wordt door de zoutlaag weerkaatst, terug de bodem in, en bereikt het aardoppervlak dus nooit.

Zechstein-tijdperk
Hoeveel schade de aardbevingen zonder deze natuurlijke schokdemper zouden veroorzaken durft Dost niet ter zeggen. De zoutlaag in de Groningse ondergrond is een erfenis uit het Zechstein-tijdperk van ruim 250 miljoen jaar geleden.

Nederland lag destijds op de bodem van een ondiepe binnenzee, en in West-Europa heerste een woestijnklimaat. Het zeewater verdampte, het zout bleef achter, en de binnenzee stroomde opnieuw vol met water - een proces dat zich meerdere malen herhaalde. Uiteindelijk vormde zich zo een zoutlaag van enkele honderden meters dik.

Volgens Hanneke Paulssen, als seismoloog werkzaam bij de Universiteit Utrecht, is het idee dat de zoutlaag de grond minder hard doet schudden een plausibel scenario, dat de relatief milde bodembeweging in Groningen goed kan verklaren.

Medewerkers van het waterschap controleren een dijk langs het Eemskanaal in Appingedam, de dag na de nachtelijke aardbeving in noordoost Groningen.Beeld anp