Ouderen bang voor AOW-inspecteurs
Relatief veel ouderen maken zich grote zorgen over de strengere regels rond AOW-fraude. De regels zijn volgens hen onduidelijk en daarom zijn ze bang voor hoge boetes. Dat zegt directeur Jan Romme van Stichting Nationaal Ouderenfonds naar aanleiding van tientallen telefoontjes van bezorgde mensen naar de Ouderen Ombudsman.
Om die reden vindt hij dat de uitvoeringsinstantie Sociale Verzekeringsbank (SVB) snel met duidelijke regels moet komen over wanneer ouderen nu wel of niet samenwonen. We krijgen voortdurend telefoontjes van ouderen die gewoon niet weten of ze samenwonen en vrezen onbedoeld fraude te plegen" zegt Romme. 'Ouderen zijn bang dat inspecteurs onverwachts aan hun deur staan en mogen snuffelen in hun slaap- of badkamer.''
De Ouderen Ombudsman krijgt nog steeds veel vragen van ouderen of ze samenwonen als ze bijvoorbeeld voor een zieke gaan zorgen en als beiden apart wonen maar wel heel veel bij elkaar zijn. Zo moeten ouderen aan de SVB ook doorgeven als ze net een latrelatie zijn begonnen, als ouderen zelfstandig in een omgebouwde garage bij de kinderen inwonen of als ouderen hun kinderen of kleinkinderen structureel te logeren hebben. Het zijn volgens Romme allemaal zaken waar veel onduidelijkheid over is.
De SVB schept volgens hem op de website onduidelijkheid over wanneer je kan spreken van samenwonen. ' Ook de SVB wist niet of er sprake was van samenwonen. Ze stelden voor de inspectie eropaf te sturen, maar daar zitten deze ouderen niet op te wachten.' Om die reden durven ouderen, volgens Romme, de SVB niet te bellen: ze zijn bang een inspecteur over de vloer te krijgen.
Romme erkent dat de aangescherpte regels niet voor niets zijn en dat er ook daadwerkelijk wordt gefraudeerd met de AOW. 'Dat is inderdaad de andere kant. Er is natuurlijk wel sprake van AOW-fraude in Nederland en de mensen die dat doen krijgen wij natuurlijk niet aan de lijn.'
'De meeste controles die we doen gaan automatisch en via gegevensuitwisseling', aldus een woordvoerster van de SVB. 'Huisbezoeken zijn incidenteel en steekproefsgewijs. Daarbij houden we ons aan een streng protocol. We gaan nooit naar binnen als mensen dat niet willen.
Dan worden ze op kantoor uitgenodigd voor een gesprek.' Voor de gezamenlijke huishouding zijn een aantal criteria vastgesteld. 'Mensen hoeven niet in één huis te wonen om een gezamenlijke huishouding te voeren. Als de leefsituatie van iemand verandert, adviseren wij dit altijd aan ons door te geven', aldus de woordvoerster.